Een aantal jaren geleden heb ik het boek ‘Dyslexie en touwtje springen’ van Marijke van Vuure gelezen.
Er was een leerling in groep 6 die moeite bleef houden met de open en gesloten klanken. Door de woorden te gaan springen en goed naar de klanken te gaan luisteren, kreeg ze inzicht in wat er al die tijd van haar gevraagd werd.
In de klas springen was een grote stap, dus hebben we gekeken wat er wel haalbaar was….’huppen’ met je voeten op de grond terwijl je zit. Haar spellingsresultaten ging snel omhoog. (voelen)
Mijn spellingsmat helpt hier ook bij. Een leerling zei: door de kleuren en plaatsen op jouw mat, weet kan ik de korte en lange klanken uit elkaar houden. (visueel/zien). Ook kan ik de d en b beter uit elkaar houden, doordat ik weet waar ze in het alfabet staan.
Een paar leerlingen uit groep 3 hebben veel moeite om de twee-tekenklanken en d/b te automatiseren.
In ‘Leren lezen doe je met je lijf’ wordt het belang uitgelegd van een goede rijping van je lijf, voordat je met schrijven, analyseren en synthetiseren begint. Dit zie ik ook in mijn begeleiding terug. Er zijn leerlingen die moeite hebben met stilzitten, de pengreep en het automatiseren van letters, doordat ze nog niet schoolrijp zijn. Soms merk ik dat de ogen nog onvoldoende samenwerken. De oogsamenwerking is van groot belang om zich te kunnen richten zonder snel moe te worden. Het aantal kinderen met visuele problemen groeit. Hier moet zeker aandacht voor zijn en blijven.Tijdens mijn begeleiding combineer ik hiervoor motorische oefeningen (o.a. tol in beweging krijgen met je linker en rechterhand, een tol een patroon laten volgen op stevig karton, de liggende lemniscaat met de linker en rechterhand, later met twee handen tegelijkertijd en een ballon hooghouden) met leren herkennen van de letters om zo tot lezen te gaan komen.
Ook kleien we letters (tactiel/ gevoel) en schrijven we letters in schelpenzand om een gevoel bij een letter te krijgen en deze met het lijf te gaan herkennen. Er is een leerling die eerst de letter in het zand wil schrijven, voordat deze op papier wordt geschreven. Hoe mooi dat ze zelf ontdekken wat helpend is.
Beide boeken bieden inzicht en handvatten om aan de slag te gaan met leesproblemen. Het boek kan niet gezien wordt als methode, maar kan zeker wel houvast geven bij het ondersteunen van de leerkracht die opmerkt dat het lezen niet vanzelf gaat.
Mijn wens is (na het lezen van deze boeken en het volgen van de opleiding psychomotoriek) dat kinderen en in het bijzonder ook de kleuters de mogelijkheid krijgen meer met tactiele werkvormen bezig te zijn. Verschillende materialen te mogen ervaren, laten combineren en spelenderwijs met letters in contact te laten komen. Daarnaast spelend met taal bezig mogen zijn: versjes leren, liedjes zingen (ritme ontdekken), ritmes natikken + lopen, tekenen met 2 handen (bijv. Schrijfdans), ruimte ervaren –> ervoor, erachter, ernaast etc.. Dit naast misschien een spel op de computer, maar laat vooral het lijf leren en ontdekken om later o.a. beter te kunnen onthouden, focussen, schrijven en lezen.
En vooral: bouw ontspanningsmomenten in!